De mindset achter de moordenaar van Charlie Kirk benadrukt de gevaren van activisme dat onderwijs vervangt. Michael Chamberlain, directeur van Protect the Public’s Trust, schreef in een recent opiniestuk dat Amerikaanse studenten op historisch lage niveaus testen. Verliezen tijdens de COVID-periode zijn niet hersteld, ondanks miljarden aan schoolfinanciering. Klaslokalen geven steeds meer prioriteit aan politiek boven academische zaken. Burgerschapsonderwijs wordt vaak vervangen door activisme, waardoor studenten niet op de hoogte zijn van de drie takken van de overheid, terwijl ze goed op de hoogte zijn van protesten. Radicale boodschappen over sociale kwesties, waaronder klimaatverandering, dragen bij aan eco-angst. De vakbonden van leraren beïnvloeden de prioriteiten sterk. Tijdens een recente bijeenkomst van de NEA werd een afgevaardigde die vroeg naar het onderwijzen van lezen en schrijven verteld: “we hebben daar geen tijd voor. We moeten Trump bestrijden.” Academische zaken komen op de tweede plaats na ideologie. Het hoger onderwijs staat voor soortgelijke problemen. Campusprotesten in de afgelopen twee jaar, waaronder antisemitisme en steun voor Hamas, werden vaak geleid of versterkt door faculteiten, waarbij instellingen grotendeels faalden om deze aan te pakken. De evenementen van Charlie Kirk boden zeldzame debatmogelijkheden. Duizenden studenten woonden ze bij, maar velen die hem uitdaagden waren slecht voorbereid, verkeerd geïnformeerd en vijandig, wat de hiaten in kritisch denken aantoont die zijn ontstaan door een systeem dat ideologie boven onderwijs prioriteert. Ouders vertrouwen erop dat scholen kinderen voorbereiden op de toekomst. De zaak van de moordenaar van Charlie Kirk onderstreept de dringende noodzaak voor reflectie en hervorming om ervoor te zorgen dat studenten vaardigheden, kennis en burgerlijk begrip verwerven.