De cypherpunk-ethos is een filosofie die privacy, individuele vrijheid en het gebruik van cryptografie benadrukt om deze doelen in een digitale wereld te bereiken. Het ontstond eind jaren '80 en begin jaren '90 onder programmeurs en activisten die de risico's van surveillance en gecentraliseerde controle op het internet voorzagen. Hier is een overzicht: 1. Kernprincipes Privacy als recht — Individuen zouden controle moeten hebben over hun eigen informatie en communicatie. Decentralisatie — Macht en data mogen niet geconcentreerd zijn in overheden of bedrijven. Cryptografie als empowerment — Sterke encryptie maakt privécommunicatie en veilige economische systemen mogelijk zonder dat er vertrouwen in derde partijen nodig is. Code als spraak — Het schrijven en delen van cryptografische software is een vorm van vrije expressie. Vrijwillige samenwerking — Systemen moeten open zijn en gebaseerd op toestemming in plaats van dwang. 2. Historische context De beweging groeide samen rond de Cypherpunks-mailinglijst in de vroege jaren '90. Belangrijke figuren waren Timothy C. May, Eric Hughes en John Gilmore, die fundamentele teksten schreven zoals The Crypto Anarchist Manifesto en A Cypherpunk’s Manifesto (1993). 3. Invloed en nalatenschap De cypherpunk-ethos beïnvloedde: PGP (Pretty Good Privacy) – een vroeg hulpmiddel voor versleutelde e-mail. Tor – voor anonieme communicatie online. Bitcoin en blockchain-technologieën – als financiële uitdrukkingen van cryptografische vrijheid. Breder bewegingen voor digitale rechten en privacy-activisme (bijv. EFF). 4. Sleutelquote Uit Eric Hughes’ A Cypherpunk’s Manifesto: "Privacy is noodzakelijk voor een open samenleving in het elektronische tijdperk... We kunnen niet verwachten dat overheden, bedrijven of andere grote, gezichtsloze organisaties ons privacy zullen geven... We moeten onze eigen privacy verdedigen als we verwachten dat we die hebben."
vroeg gpt of het niet duidelijk is
4,99K