In de laatste jaren van de Republiek werd de Romeinse libertas van burgers (of populaire libertas) sterk ingeperkt, terwijl die van de Senaat de overhand had, wat de heerschappij in het voordeel van een beperkte oligarchische kliek veiligstelde. Daarom was de overwinning van Augustus die van de niet-politieke klassen van Italië, degenen die zochten naar een "monarch voor iedereen", die de nadruk legden op binnenlandse stabiliteit, verhoogde politieke en economische gelijkheid, evenals sociale mobiliteit.